Translate

15 juli 2017

OK-Score: Okkerse sammelt Erfolgsmeldungen. (von Dr. O. Everling)

Eine stehende Uhr zeigt exakt zweimal am Tag die korrekte Uhrzeit. So scheint es sich – trotz Aufsicht durch die europäische Aufsichtsbehörde European Securities and Markets Authority (ESMA) – mit den Ratings mancher Ratingagenturen zu verhalten, bei denen ein «investment grade» Rating kaum eine Garantie dafür darstellt, keine oder wenigstens geringere Ausfälle zu erleiden.
 
Umso beachtlicher daher, wenn es einem Spezialisten wie dem OK-Score Institute doch gelingt, die Spreu vom Weizen zu trennen. Der Gründervater des OK-Score Institute, Willem D. Okkerse, sammelt daher stolz Beweise, dass sein OK-Score eine höhere Treffsicherheit bietet als viele der von der ESMA so streng regulierten Agenturen, die im Unterschied zum OK-Score Institute mit Ratingkomitees Analystenmeinungen in traditioneller Art zusammentragen. 

Die Qualität eines Systems zur Bonitätsbeurteilung zeigt sich erst dann, wenn nicht nur vor Risiken gewarnt, sondern auch Chancen erkannt werden. Für beide Fälle liefert Okkerse Beispiele: So erzielten Anleger eine Rendite von mehr als 100%, indem sie im April 2016 die bis 2020 laufende 6,5 %-Atwood-Anleihe zu einem Kurs von 52 % allein im Vertrauen auf den OK-Score kauften, «einzig als Ergebnis des OK-Score 1 durch unseren ‹Data Cruncher› Willem Okkerse» – so umschreibt ein Nutzer wörtlich.
 
Ebenso wichtig wie die Hinweise auf Chancen sind die Warnmeldungen. 

Beispiel Rickmers Holding AG:
"Da es sich hier um eine private Firma handelt, musste ich mich beschränken auf die angegeben Zahlen der begleitenden Bank über 2011, 2012 und die Erwartungen 2013, 2014 und 2015. Der OK-Score kam eindeutig auf die [niedrigste] OK-Klasse 10»"
schrieb Willem Okkerse im Mai 2013 und warnte vor der Konkursgefahr.

Die Ratingagentur Creditreform Rating beurteilte Rickmers im Mai 2013 noch mit BB und stufte das Unternehmensrating der Rickmers Holding AG von CC auf C (watch) erst im März 2017 herab.
 
Vor dem Hintergrund der jahrelang eindeutigen Warnung von Okkerse lud «Kredit & Rating Praxis» Rickmers Holding AG im Oktober 2016 zu einer Stellungnahme ein, jedoch bedankte sich diese für das "Angebot", welches wir aus verschiedenen Gründen zum jetzigen Zeitpunkt nicht annehmen möchten.
 
Geschrieben von Dr, O. Everling
http://www.krp.ch/upload/Rating-News_3-2017_5549.pdf

23 mei 2017

Het nut van studies naar ratings



In de studie “Ermittlung von Eigen- Fremd- und Gesamtkapitalkosten” van Krotter en Schüler (what’s in a name) uit 2013 wordt gesteld dat “de actuele empirische onder-zoekingen naar ratings niet meer genegeerd kunnen worden”.

Tabel relatie risico en EBIT
In een lezenswaardige tabel uit hun onderzoek naar de relatie ratings en bedrijfsratio’s geven zij aan dat het operationeel inko­men in de verschillende rating klassen vanaf AAA naar B terugloopt van 22% naar 16%. Ook de ROC (Return of Capital wordt onder de loep genomen. Weliswaar is daarbij in de AA klasse het rendement met 28% het hoogste en niet zoals te verwachten viel in de AAA-Klasse, maar blijft Klasse B – comme il faut - het laagste. Zo passeren als voorbeelden de navolgende bedrijfsratio’s de revue.

AAA
AA
A
BBB
BB
B
Operating income
0,23
0,22
0,19
0,16
0,17
0,16
ROC
0,27
0,28
0,19
0,14
0,12
0,10
EBIT Interest Coverage
26,0
18,0
9,63
5,87
3,03
1,50
EBITDA Interest Coverage
31,6
20,5
12,1
7,56
4,40
2,27
Debt/EBITDA
0,43
0,73
1,67
2,27
3,37
5,47

Andere studies
Campbell, Hilscher en Szilagy komen in hun studie uit 2006 tot de conclusie dat “een hoger faillis­se­ments­­risicoprofiel tot een lager dan gemiddeld rendement op aandelen leidt.” Een vervolg­onder­zoek uit 2013 door Walkshäusl geeft aan dat het verschil op een risicoarme investering in de DAX, in de periode 1983 tot 2010, bij een begin inves­­tering van € 1 Euro na 17 jaar € 12 méér zou opleveren dan de index en € 16 met de porte­feuille met de hoogste risico’s.

Conclusies
Dat laatste wisten wij natuurlijk al omdat dit óók de uitkomst was van ons eigen aansluitende weten­­­schap­­pelijk onderzoek (2000-2003) op de beurstoepassingen van de OK-Score onderzoek (1995-2000), namelijk dat bij het uitban­nen van risico’s beleggingen meer dan gemiddeld in rende­ment zullen groeien.

Als het namelijk zo eenvoudig zou zijn om met behulp van de bekende “ratings” te gaan beleg­gen, zou iedereen die slechte bedrijven kunnen vermijden, maar valt tegelijkertijd de handel weg. Geluk­kig is dit niet zo, want het blijkt namelijk óók zo te zijn,  (Lammers  2014) dat de ratings van de Ameri­kaanse instituten een groot foutenper-centage kennen.

In hun C klasse wordt meer dan 60% van de faillissementen NIET ontdekt. Overigens minder dan bij de accountants, die blijkens het (Breesch c.s.) onderzoek zelfs 75% van de faillissementen NIET ont­dek­ken.

Met andere woorden
Elke correlatie tussen het gebruik maken van deze Amerikaanse ratings en rendementen van een portefeuille is dus NON EXISTENT. Dit is uiteraard niet leuk voor pensioenfondsen maar het is wel een van de redenen van de ESMA, de Europese toezichthouder om institutionele beleggers te verplich­ten om zelfstandig tot beleggingsconclusies te moeten komen en niet meer mogen ver­wijzen naar openbare ratings.

De conclusie van Krotter en Schüler had dus moeten luiden dat bestaande Ratings maar het beste genegeerd kunnen worden”.

Ik voeg daar zelf nog aan toe: “ook de adviezen van de meeste analisten”. Hun aantal fouten van ca. 80% overstijgt die van de ratingorganisaties nog met 20%. De weg voor de pensioenfondsen is  dus nog lang. Misschien tijd voor een wetenschappelijk onderzoek naar de verschillen tussen de z.g.n. “perfecte markttheorie”[lees index], het beleggen met ratings en het beleggen met de OK-Score?   

 


13 mei 2017

False compliments ROBECO

This week a Robeco team received the price as best fundmaneger in High Yield Bonds.
Their results were (GROSS) before costs :

2015 = 0,1%
2016 = 13,7%
2017 = 3,2%
Gross result : 117,35%

This is completely ridiculous. The Effectenhuis Commissionairs in Amsterdam achieved in the HIgh Yield Bonds the following results (NETT after costs)
2015 = 0,8%
2016 = 14,9%
2017 = 3,8%
The nett result : 120,2%
 
The gross difference within 2 years and 3 months is 5,3%

http://www.effectenhuis.nl/wereld-rente-dividend-fonds/

07 februari 2017

Asterix en Obelix helpen de BREXIT


http://www.telegraaf.nl/dft/goeroes/willemokkerse/27568697/__Asterix_en_Obelix_helpen_de_BREXIT__.html

16 januari 2017

MInder, minder

Na de erbarmelijke prestaties van een nog steeds in zich zelf - gloria helleluja - gelovende profeet van het MH 17 debacle, denkt Rutte dat hij door de verkettering van ca. 1/3 van de Nederlandse kiezers zijn eigen gelijk te kunnen behalen. Welnu, ik heb zelden naast de PvDA nog nooit in de parlementaire geschiedenis de VVD een dergelijke nederlaag zien ondergaan.  En hoe jammer, de echte jongens stonden erbij en keken er naar.

28 oktober 2016

BREXIT, sommige huwelijken zijn beter gebaat bij een scheiding

Op 21 augustus schreven de economen Willem Vermeend en Rick van der Ploeg een opiniestuk in de Telegraaf over de BREXIT. Wat hen heeft bezield op daarvoor als koptitel te kiezen  “EU laat zich inpakken” is mij een volslagen raadsel.

Blijkens hun betoog laat de EU zich helemaal NIET inpakken door Engeland, zo schrijven zij. Kernthema van hun verhaal is, dat Engeland zonder overeenkomst met de EU zal terugvallen op de handels­voorwaarden van de Wereldhandelsorganisatie (WTO).

Verdoemenis

Zij voorspellen hel en verdoemenis. Engeland is een kleine markt die voor de EU niet van cruciaal belang is, zo zeggen zij. Nou, als die markt dan voor de EU niet cruciaal is waarom dan dat g.o.h. door Europa. Waarom die afgunst?

De verwijzing naar Nigel Farage, die wel ging voor vrijheid en onafhankelijkheid, economische groei banen en welvaart. Dat wordt dan vervolgens afgezet tegen de directe uitingen in de markt, die inmiddels al weer achter­haald zijn.

Pond concurrerend

De $1800 miljard waardedaling op de beurs is al weer ingelopen. Het overgewaar­deerde pond is weer concurrerend geworden. De stimulans voor de export is daar.

Ik denk, mede daardoor, dat binnen twee tot drie jaar jaar – zeg aan het einde van de onder­handeling - een revival van het pond en die beloofde economische groei zichtbaar zullen zijn.
Economische groei is namelijk niet zoiets als een lichtknopje. Primaire voorwaarde is concur­ren­tiekracht en David Ricardo zal ook bij beide heren niet onbekend zijn.

Spijt

Vergeet niet dat Engeland een eigen monetair beleid kan voeren; iets dat de deelnemende Eurolanden en zeer tot de spijt van Duitsland en aan de andere kant van het spectrum Spanje, Italië en Griekenland helaas niet kunnen. Het is namelijk als een fundamentele fout voor de deel­nemende landen in de Euro ingebakken.

De onderhandelingen zullen inderdaad vijf tot zeven jaar gaan duren. En tot aan het definitieve einde van die onderhandelingen zal de EU met de Engelsen een Shakespeariaans schouwtoneel opvoeren.

Overgangsfase

De eerste drie jaar (aanloop + uittreding) tot en met 2019 gelden nog de EU handelsvoorwaarden en voor de overgangsfase tot aan het eindfase (ca. 2023) zal er een model gevonden worden analoog aan Noorwegen en Zwitserland.

Daarna treedt dan het uiteindelijke nieuwe verdrag in werking. Pffff….Hoe dat er uit zal zien?  Op twee arti­ke­len na hetzelfde, zo vermoed ik. In ieder geval is het zo dat het voordeel van Engeland ook nog zit in het feit dat in de tijd gezien, de zekerheid dat de EU nog in de huidige vorm dan wel de euro als zodanig zal bestaan, uiterst ongewis is.

Als de EU uiteenvalt is het vraagstuk wie groot is en klein wordt alsdan in een nieuw en ander perspectief gezet.

12 augustus 2016

REANIMEERMEISJES



Reanimeermeisjes

Met grote dank aan het geheime dagboek van de heer Groen verwijs ik naar het woord “reanimeermeisjes”.

Ouderen krijgen dan een bandje om hun pols met het eigen verzoek dat zij zich niet (meer) willen laten reanimeren. Een soort voorloper op de mogelijke gedachten van met name deze Rutte-ploeg om euthanasie – conform de alsdan, niet ondenkbare, door Juncker c.s. uitgevaardigde Europese voorschriften (Zie het Edicta “There can be no democratic choice AGAINST the European treaty) specifiek voor de autochtone inwoners, mits boven de AOW leeftijd, verplicht te stellen. (Scheelt pensioen nietwaar?)

Deze uitspraak van Juncker, die met name doet denken aan een statement van Hilter: “De brede massa van een volk valt gemakkelijker ten offer aan een grote dan aan kleine leugen”, wordt voornamelijk door het z.g.n. Europese intellect, lees de ex-Juncker adepten, vanuit het financiële Luxemburgse Centrum aangestuurd. Het Centrum van de Kapita­listische macht, dat in feite alleen maar het belang van het Grootkapitaal voor ogen heeft en volkomen lak heeft aan de gerechtvaardigde belangen van het Europese volk.

Die mening houdt in, dat vooral dure ouderen MOETEN plaatsmaken voor nieuwe, niet autochtone en dus vele malen goedkopere werknemers uit andere landen. Werknemers die alsdan niet meer vallen onder de  door vakbonden bereikte en inmiddels sinds meer dan honderd jaar bereikte “communis opinio” afspraken over CAO en minimum loon. Een tijdperk van honderdvijftig jaar bevochten werknemersparticipatie wordt en is inmiddels daarmee volledig naar de kloten geholpen.

Het sociale systeem à la USA
Wij zullen het in de toekomst moeten stellen met het Amerikaanse systeem. Ieder voor zich en God voor ons allen.  Een onbetaalbaar systeem van ziektekosten. Verpaupering alom en meer dan 15% van de bevolking onder de armoedegrens. Waarom? Omdat wij solidair moeten zijn! Solidair in onze armoe. Solidair, omdat een paar ontstellende onbekwame bestuurders meenden dat een gemeenschappelijke munt rijkdom en welvaart zou brengen. Rijkdom en welvaart. Wat kregen wij: vluchtelingen, terugkeer van de koude oorlog, oorlog aan onze grenzen en interne hoekse- en kabeljauwse twisten. Dat zijn nog eens bestuurders aan wie je je kinderen zou willen toevertrouwen. Het wordt tijd om de koffers te pakken.







VERDELING OK-Score medailles

Kortgeleden meldde ik u dat ik de grens van 25.000 unieke bezoekers op deze weblog bereikt had.

Ik heb er nu even de tijd voor genomen om te analyseren wat hun herkomst was. Het zal niet verwonderlijk zijn dat ca. 40% uit Nederland kwam. Wel opmerkelijk was dat de tweede plaats werd ingenomen door Amerika met 20%.

Een goede derde met 10% was België, ook begrijpelijk maar dat 7,5% uit Rusland kwam was een echte verrassing. Duitsland tenslotte sloot met bijna 5% de rij.

Een echte conclusie kan ik hieruit nog niet trekken, behalve misschien toch maar gebruik te gaan maken van mijn USA visum.