Translate

22 juli 2009

Jan Maarten Slagter en creditraters

Jan Maarten Slagter schreef vorige week in de Financiële Telegraaf het volgende :
quote
Kredietbeoordelaars hebben behoorlijk wat uit te leggen over hun rol in het ontstaan van de kredietcrisis. Door de hoogste rang van kredietwaardigheid (’’AAA’’) te verlenen aan beleggingsvehikels met Amerikaanse ’’subprime’’ hypotheekkredieten gaven ze het goedkeurend stempel dat internationale beleggers nodig hadden om in deze producten te stappen. Zonder Moody’’s en Standard & Poor’’s geen subprime-crisis, kun je wel stellen.
En dus breken toezichthouders en regelgevers zich het hoofd over de toekomst van de sector. Zowel in de VS als in Europa wordt gewerkt aan nieuwe regelgeving, die de onafhankelijkheid, transparantie en integriteit van de sector moet verbeteren.
Maar het is de vraag of dit niet precies de verkeerde weg is. Dat is in ieder geval de stelling van de Amerikaanse hoogleraar economie Lawrence White, waarmee ik vorige week in een panel zat tijdens een door het advocatenkantoor Kennedy Van der Laan georganiseerd seminar.
Meer regelgeving betekent dat het ingewikkelder wordt om een kredietbeoordelaar te beginnen, is zijn argument. Dat zorgt voor minder in plaats van méér concurrentie en juist daaraan is in deze dichtgetimmerde industrie behoefte.
unquote

Heel juist van deze Lawrence White; als geen ander weten wij hoe moeilijk die weg is. Als eerste in Nederland opgerichte Rating Institute (alweer in 2003) treffen wij nog dagelijks de obstakels aan.
Obstakels in de zin van :
Ratings zijn niet sexy (voor de pers)
Ratings zijn onbekende grootheden
Wat is en doet een rating eigenlijk ?
Je ontvangt dan opmerkingen en vragen zoals :
1. als u mij voorrekent welke bedrijven volgens u nu [met naam en toenaam] in de gevarenzone zitten, en waarom, dan wil ik wel overwegen om daar wellicht (sic !) een artikel aan te wijden. (Vasco Boon - Journalist FD)
2. Wat is uw track-record ? (Institutionele beleggers)

Hoe is nu de praktijk ?
Sinds 2001 (tijdens de laatste fase van het onderzoek en zeker na de start in 2003) wordt er regelmatig een bedrijf uitgelicht om daar iets over te vertellen.
Voorbeeld 1)
Zo werd in 2001 voor 3000 bezoekers in het Congresgebouw aangekondigd dat Landis de kans heeft om in 2002 failliet te gaan. U kent het resultaat. Hieraan wordt pas ná het faillissement in mei 2002 door Trouw aandacht besteed.
Voorbeeld 2)
Eind 2003 gaat Parmalat failliet. De NRC test dubbelblind de Parmalat cijfers op het OK-Score model en publiceert begin 2004 onder de kop "Parmalat was te gulzig" een uitvoerig verslag. Dat het model over de jaarcijfers 2002 het faillissement reeds aankondigde wordt zijdelings vermeld, maar het bijzondere aspect van dat specifieke feit niet uitgediept.

Voorbeeld 3)
In februari 2002 worden - op de TV voor 800.000 kijkers - de problemen (zorg over de continuïteit) van Ahold aangekondigd. Geen enkele krant neemt dit over. Nadat de fraude in februari 2003, dus één jaar later in de openbaarheid is gekomen, schrijft de NRC in 2005 een doorwrocht artikel aan de OK-Score van Ahold.
Voorbeeld 4)
Zo werd door de OK-Score medio 2006 het verlies van Getronics voor dat jaar op 150 miljoen Euro ingeschat en door Willem Middelkoop gepubliceerd. De goegemeente wist van niets (behalve de CFO die dan ook snel zijn biezen pakte) terwijl Klaas Wagenaar pas in februari 2007 het verlies van 145 miljoen naar buiten kon brengen. Perscoverage door anderen dan WM nihil.
Voorbeeld 5)
Om de institutionele en professionele beleggers te kunnen overtuigen van de kwaliteiten van de OK-Score rating werd vanuit marketing perspectief een beleggingsportfolio gemaakt van de AEX. De gedachten hierachter was dat als de rating goed functioneert en daarmee de goede en de slechte bedrijven uit de AEX weet te identificeren, die portfolio vanzelf beter zal presteren dan de index zelf. Sinds de start in 1.1.2003 is inmiddels een rendement gemaakt van 93%, hetgeen bijna 100% beter is dan de AEX zelf. Aangezien deze portfolio door derden wordt gevoerd c.q. onder toezicht van derden staat, kan hierover nimmer enige discussie ontstaan.
Gelukkig zijn er intussen al velen die de OK-Score rating een warm hart toedragen. Als je namelijk publiekelijk bewezen hebt [google met Okkerse + bedrijfsnaam]:
Enron, Parmalat, Ahold, LCI, Landis, Getronics fraudes en beurszeperds te kunnen voorspellen;
De OK-Score als rating inzet voor een openbare beleggingsportfolio die door derden wordt gevoerd, die vervolgens in zes jaar en zes maanden een rendement maakt van 93%, hetgeen bijna 100% beter is dan de AEX index zelf;
Dit track-record navrant afsteekt tegen ALLE Nederlandse beleggingsfondsen in Nederlandse aandelen die over diezelfde periode een negatief resultaat behaalden;
Samenwerkingsverbanden zijn ontstaan met partijen zoals SBV Forensics van Prof. Mr. Dr. Cees Schaap en inmiddels opdrachten zijn vervuld voor curatoren;
Succesvolle real life onderzoeken op fraude dossiers van het Parket van Politie te Brussel,
dan zie je stapje voor stapje die bolwerken van zelfgenoegzaamheid en bekrompenheid open gaan en wordt er zowaar in Nederland een eerste congres over het onderwerp ratings georganiseerd. Naar ik hoop niet het laatste..... Wij houden u op de hoogte.

Geen opmerkingen: