Het is bekend dat wij bij het beleggen niet alle eieren in één mandje moeten leggen.
Spreiden luidt het motto want als er één investering mislukt zijn wij niet al ons geld kwijt. Laten wij de AEX eens als uitgangspunt bekijken. De AEX (voor het gemak nemen wij de AEX Gross Return, d.w.z. inclusief dividend presteerde tussen 2003 en 2011 matig.
Het totale rendement in die negen jaar was 34,14% ofwel 3,32% samengesteld rendement per jaar. De standaarddeviatie, ofwel de mate van spreiding van het gemiddelde van deze index bedroeg 24,6%. Met andere woorden de gemiddelde stijging en daling van de index bedroeg 24,6%. De grootste stijging gedurende die jaren was 42,1% en de grootste daling 50,3%. De slotsom is, dat als je op 1.1.2003 met € 10.000 begon, je per eind 2011 € 13.414 bezat.
Indexbeleggers
Fervente indexbeleggers kiezen ervoor om de index te volgen, hun motto luidt “het is zo moeilijk om de index te verslaan”. Het is inderdaad niet makkelijk en zal ook niet ieder jaar plaatsvinden, maar de specialist zal ervoor kiezen om zelf via stock-picking die fondsen te kiezen waardoor hij de index kan verslaan, zoals uit het volgende blijkt.
De Nederlandse stockpickers
Om nu een indruk te krijgen van die Nederlandse stockpickers zoals die zich in de AEX markt begeven t.w. Achmea, Allianz, BNP, ING, Robeco en SNS hebben wij het gemiddelde rendement van deze zes berekend. Dit gemiddelde resultaat was 22,1% rendement ofwel een samengesteld rendement van 2,24% per jaar.
Positieve uitschieter was Robeco met totaal 37,4% rendement ofwel 3,6% samengesteld rendement per jaar (net boven de AEX index) en de negatieve uitschieter was Achmea met 5,2% totaal rendement ofwel 0,56% jaarlijks rendement. Bedenk daarbij dat genoemde zes ruim € 1,5 miljard onder beheer hebben.
Toepassing van de OK-Score
De OK-Score is, zoals gezegd een rating methode. Als het vaststaat dat de trefzekerheid bij het bepalen van debacles zeer goed is dan zou het motto uit de eerste alinea inzake spreiding niet meer opgaan.
Spreiden is dan niet meer nodig want de “mislukte” investering is dan vooraf al geëlimineerd. Om dit te bewijzen wordt er door externe fondsbeheerders sinds 2003 de openbare OK-Score AEX portfolio gevoerd. Door middel van de rating methode wordt gefocust op die aandelen van de AEX die het minst risicovol zijn. Uiteraard zijn dat alleen de aandelen aan de andere kant van het risico spectrum, de “goede”, die wel conform hun AEX weging worden aangeschaft.
Risico
De maatstaf om dat risico te bepalen is naast het uiteindelijke rendement onder andere óók de vergelijking van de standaard deviatie met de AEX. Van de OK-Score portfolio is die standaarddeviatie over de periode 2003-2011 een 15,8% in plaats van de 24,6% van de AEX-index. De Bèta, ofwel de mate van gevoeligheid ten opzichte van de index komt daarmee uit op 0,57 en geeft daarmee aan dat het risico ten opzichte van het index beleggen 43% lager ligt dan het beleggen in de totale AEX index. Dit blijkt ook uit de grootst uitschieters per jaar omhoog en omlaag t.w. 29% en min 21,3%. Als nu ook nog eens het eindresultaat beter zou zijn dan de AEX index dan staat het vast dat dus met focussen (wel met de goede middelen) een beter resultaat valt te behalen met minder risico dan zonder deskundigheid te spreiden.
Aangezien het via openbare publicaties eveneens vaststaat dat de OK-Score beleggers in die negen jaar hun inleg van € 10.000 naar € 25.440 zagen stijgen ofwel een rendement van 154,4% totaal rendement ofwel 10,9% samengesteld per jaar maakten werd ook aan die eis voldaan.
Voor de pensioenfondsen zou dit wel eens een eye-opener kunnen zijn. Gefocust beleggen beperkt de kosten aanzienlijk, m.a.w. ook uit de mindere spreiding komt daardoor al een beter rendement. Als leidraad hanteren wij daartoe : maximaal 15 uit de AEX, maximaal 20 uit de Eurostoxx 50, maximaal 20 uit de S&P 100 en maximaal 25 uit derde landen. Daarmee blijft het blikveld overzichtelijk en bestaat er wat betreft de aandelen portfolio uit de totale Asset Allocatie, voldoende sector, regio en valuta spreiding.
Willem D. Okkerse
(bovenstaand artikel was Nr. 5 uit de reeks Goeroes in De Financiële Telegraaf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten